Deze keer interview ik Eline. Zij en Simon hebben 5 kinderen tussen de 0 en 9 jaar oud. Anderhalf jaar geleden zijn ze vanuit het midden van Nederland verhuisd naar België. Ze wonen er in een prachtig vrijstaand huis met een grote tuin. De kinderen zaten in Nederland gewoon op school, maar in België was er de mogelijkheid om thuisonderwijs (of ‘huisonderwijs’, zoals ze daar zeggen) te gaan geven en dat doen ze dus.
Jullie zijn nog niet zo lang geleden verhuisd en je ging van bijna fulltimewerkende naar fulltime thuisonderwijsgevende moeder. Hoe was die overgang voor jou?
‘Ik vond het heel gek in het begin. Het was een totale ommekeer, omdat ik in Nederland veel werkte en nu ineens fulltime thuis was en ook nog ging lesgeven. Het is nog steeds in ontwikkeling, maar het maakt me steeds blijer en zelfverzekerder. Als mijn kinderen eerder iets vroegen, gaf ik vaak zomaar een antwoord, een beetje uit de lucht gegrepen. Of ik zei dat ik geen idee had en ik had het ook wel eens fout. Maar dat maakte dan niet zoveel uit.
Dan ga je lesgeven en denk je, nou moet ik het natuurlijk wel weten, anders leren de kinderen niks. Dus je verantwoordelijkheid verandert. Dat was wel zoeken in het begin, want ik zat nog heel erg met het schoolsysteem in mijn nek en daar ging ik me mee vergelijken. Dan voelde ik me een boze juf omdat ik zat te mopperen als de kinderen niet stil waren als we bezig gingen. Maar gaandeweg heb ik dat los kunnen laten, omdat ik erachter kwam dat het zo niet hoefde.
Het kostte tijd om de lessen te integreren in ons dagelijks leven. In het begin doe je dat niet, dan zeg je, ‘nu gaan we homeschoolen’ en dan ben je juf. Maar nee, dat is niet zo, je bent gewoon moeder. En toen die knop één keer om was, begon ik het ook echt leuk te vinden. Dat kwam vooral doordat ik naar het kind ging kijken en ze echt beter leerde kennen. Ik schrok er gewoon van hoe weinig ik eigenlijk van ze wist. Als ik het eerder over de kinderen had, dan vertelde ik vaak wat de school had gezegd. Dat was wel een bewustwording.’
Hoe is de verandering voor je kinderen geweest?
‘Ik merk aan ze dat ze meer geïnteresseerd zijn geraakt in allerlei dingen om hen heen. Als we bijvoorbeeld het bos ingaan, dan letten ze veel meer op en als we iets bijzonders tegenkomen dan zeggen ze: ‘Oh mam, daar kunnen we wel een thema van maken!’ en dan is het dus niet alleen mijn interesse, maar dan delen we die. Ze zijn een stuk nieuwsgieriger geworden.
En wat ik ook leuk vind is dat als de kinderen vragen hebben en ik het antwoord niet heb, dat we daar dan wat mee kunnen doen! En dan ga je naar de bieb met een heel duidelijk doel. Het maakt ons leven veel leuker en rijker.
Ik was er bij de kinderen ook een beetje bang voor dat ze in een sociaal isolement zouden komen. Maar we hebben veel vrienden met kinderen en daar spreken we vaak mee af, we hebben gezamenlijke uitjes met andere thuisonderwijzers en ook op de sport- en muzieklessen hebben ze andere kinderen waar ze mee omgaan.
Verder zie ik heel zelfstandige kinderen ontstaan. Ze zijn veel minder beïnvloedbaar voor groepsdruk, ze hebben nu echt hun eigen mening. Hun eigen identiteit komt in hun puurste vorm tot zijn recht. Vooral mijn oudste dochter is veel vrolijker geworden dan toen ze nog op school zat.
Mijn derde kind is nooit naar school geweest en daarin zie ik een groot verschil met de oudere twee. Daar moest echt dat schoolse nog uitgehaald worden, maar dat hoefde bij hem dus niet. Heel puur, heel nieuwsgierig en flexibel. Hij weet dat als hij zegt dat hij iets graag zou willen weten, dat we dat dan ook gaan onderzoeken. Dat vind ik gewoon heel erg leuk.’
Gebruik je een bepaalde lesmethode?
‘Ik gebruik mijn eigen methode, ik snoep overal wat vanaf wat ik tegenkom. Elke maand hebben we een ander thema en dat plan ik samen met de kinderen. Wat willen we weten, wat vinden de kinderen interessant? Op dat thema komen we elke week terug. En dat ga ik dan helemaal uitzoeken en ik zoek er filmpjes bij van schooltv of Youtube en we halen boeken van de Bibliotheek.
Deze maand behandelen we bijvoorbeeld ‘Het wiel en de as’, omdat de zoon van 5 net heeft leren fietsen. We keken er wat filmpjes over en ze wilden er wel meer van weten. Toen dacht ik, nou dan gaan we kijken hoe dat allemaal werkt. Dus nu is dat ons maandthema. We zijn ook naar een fietsmuseum geweest en dat maakt het allemaal heel echt, in plaats van dat je het op een plaatje in een boek ziet. De kinderen leren daar ook zoveel beter door.
Muziek geef ik uit handen, omdat ik zelf niet muzikaal ben. Hier in België kunnen ze dat krijgen via de overheid. Een gesubsidieerde instantie geeft voor een klein bedrag per jaar muziekles, muziekinitiatie noemen ze het, aan kinderen vanaf een jaar of 6. En vanaf een jaar of 8 hebben ze muziekatelier en daar leren ze ook echt noten lezen. Het leuke is dat mijn dochter talent blijkt te hebben! Terwijl Simon en ik allebei hartstikke amuzikaal zijn.
Per dag maak ik een planning, waarbij ik ongeveer per kwartier plan. Sommige vakken doen we wel 2x een kwartier, maar dat is het idee. Als ik dat niet doe wordt het rommelig. De planning maak ik aan het begin van de maand.’
Hoe ziet een reguliere dag eruit?
‘Meestal beginnen we rond 9 uur ‘s morgens. We lezen de Samenleesbijbel, waarbij we soms de opdrachten doen die er bij staan. Dat duurt meestal een kwartiertje tot een half uur. Ik laat ze ook wel eens tekeningen bij het verhaal maken. Die bewaar ik allemaal en doe ik in een map zodat er een soort van tekenbijbel ontstaat.
Daarna varieert het een beetje wat ik doe. Ik probeer vooral naar de kinderen te kijken, als ik merk dat de concentratie hoog is begin ik met de taaiere stof zoals rekenen en taal. Meestal doen we een half uur rekenen en een half uur taal per dag, dat is wel een soort basis.
Wat ik momenteel doe is voor de jongste een uur speciale aandacht, zoals rekenen met kastanjes of een dobbelspelletje om te oefenen met de cijfers. De anderen doen dan zelfstandig hun werk, zoals engels, taal of schrijven. Rond half 11 doe ik een korte pauze en dan gaan ze vaak even lekker naar buiten rennen.
Daarna doe ik rekenen met de oudere kinderen en dan doen we samen de vakken geschiedenis, aardrijkskunde of biologie. Voor geschiedenis gebruik ik het boek ‘Lang geleden’ van Arend van Dam, dat ik voorlees aan de kinderen. Soms knutselen we er iets bij. Ze vinden het erg leuk om samen dingen te doen, dus dat probeer ik dan ook.
Tegen 1 uur is het mooi geweest en gaan we lunchen. ‘s Middags maken we een wandeling, gaat er iemand naar sport of naar muziekles of krijgen we visite. Het middagprogramma is een beetje vrij.’
Wat is het beste advies dat je hebt gekregen?
‘Toen ik begon zat ik nog heel erg vast aan het schoolsysteem, daar werd ik wel een beetje zenuwachtig en onrustig van, zo van, gaat dit wel goed? Dat ging ten koste van het plezier aan thuisonderwijs. Pas toen iemand zei dat ik dat moest loslaten en me niet zo laten opjagen merkte ik dat ik veel meer naar het kind kon gaan kijken, hoe die leerde. Toen ik dat deed werd ik ook veel relaxter. Ik maak me nu minder zorgen als één van mijn kinderen niet precies hetzelfde doet als de kinderen op school. Nu denk ik, hij heeft op dit moment even andere interesses, dat komt nog wel.
Dat is echt het beste advies geweest en heeft mij een stuk relaxter gemaakt. Mocht je als ouder hier in stappen terwijl je al wel je kinderen op school hebt gehad, echt, laat dat helemaal varen. Ga je daarin niet meten, maar kijk gewoon echt naar je kind.’
Lees je veel voor aan je kinderen?
‘Ik vind lezen en met name voorlezen iets wat je elke dag moet doen. Dat kan enorm variëren van een spannend geschiedenisverhaal of een dierenboek dat een kind wil dat ik voorlees.
Sowieso neem ik per kind 3x in de week de tijd om met ze te lezen. Dan zit ik ook echt naast diegene en dan pakken we een boek wat hij of zij leuk vindt en met de oudste doen we zij een zin, ik een zin. Bij de tweede doe ik dat sinds kort ook. Bij de jongen van 5 lees ik voor en vraag ik hem of hij al letters herkent of iets kan lezen, om hem uit te dagen.
Als een kind leest wat hem interesseert dan gaan ze daar ook beter van lezen. Mijn dochter houdt van paardenboeken en mijn zoon van een dierenencyclopedie. We lezen de boeken altijd helemaal uit en dan zetten we ze op een leeslijst die we bijhouden en ze mogen er dan ook een beoordeling aan geven.’
Heb je nog een laatste advies voor andere ouders?
‘Wees eerlijk tegen jezelf. Als je iets niet kunt, vraag dan om hulp aan iemand die het wel kan. Als je thuisonderwijs geeft betekent dat niet automatisch dat je alles zelf kunt, zoals ik met muziek.
Kijk verder naar de interesses van je kind. Met het maandthema dat we hanteren merk ik dat de kinderen dat echt leuk vinden en dat ze daardoor meer geïnteresseerd zijn en dus beter leren. Dat geeft mij ook enthousiasme omdat ik zie dat ze er plezier aan hebben.’